SV | En Ik zal een enigen Herder over hen verwekken, en Hij zal hen weiden, [namelijk] Mijn knecht David; die zal ze weiden, en Die zal hun tot een Herder zijn. |
WLC | וַהֲקִמֹתִ֨י עֲלֵיהֶ֜ם רֹעֶ֤ה אֶחָד֙ וְרָעָ֣ה אֶתְהֶ֔ן אֵ֖ת עַבְדִּ֣י דָוִ֑יד ה֚וּא יִרְעֶ֣ה אֹתָ֔ם וְהֽוּא־יִהְיֶ֥ה לָהֶ֖ן לְרֹעֶֽה׃ |
Trans. | wahăqimōṯî ‘ălêhem rō‘eh ’eḥāḏ wərā‘â ’eṯəhen ’ēṯ ‘aḇədî ḏāwîḏ hû’ yirə‘eh ’ōṯām wəhû’-yihəyeh lâen lərō‘eh: |
En Ik zal een enigen Herder over hen verwekken, en Hij zal hen weiden, [namelijk] Mijn knecht David; die zal ze weiden, en Die zal hun tot een Herder zijn.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Ik zal een enigen Herder over hen verwekken, en Hij zal hen weiden, [namelijk] Mijn knecht David; die zal ze weiden, en Die zal hun tot een Herder zijn.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!